Zutphen

Van de fractie : Het team “centrum en gebiedsontwikkeling” van het in Gouda gevestigde adviesbureau Stedelijke Planning bv (BSP) heeft opdracht gekregen een kritische blik te werpen op de eerdere prognoses, die door het college van B&W van Zutphen gebruikt worden om de financiële haalbaarheid van de voorgestelde € 9,3 miljoen investering in het Broederenkloosterproject te onderbouwen.

De nieuwbouw van deze “cultuurcluster” zou moeten plaatsvinden op de plek van het Gideon oorlogsmonument, gelegen in de voormalige binnentuin van het Broederenklooster, die nu als parkje, rustpunt en gedenkplaats wordt gebruikt. Het Broederenklooster vormt een historische plek in het hart van de stad Zutphen en fungeert nu als goedbezochte openbare bibliotheek.

Volgens de door bureau Seinpost gebruikte oorspronkelijke prognoses zou de € 9,3 miljoen investering jaarlijks tot een extra omzet van €850.000 voor de ondernemers in de binnenstad moeten leiden. BSP is het hier totaal niet mee eens en schat in dat de extra toeristische aanloop die het Broederenklooster-project in de binnenstad zou kunnen creëren, tot niet meer dan € 250.000 aan extra bestedingen bij lokale ondernemers zal betekenen. Volgens BSP zou het collegeplan (nog steeds) tot een jaarlijkse extra besteding van € 1 miljoen leiden. Daarvan zou € 750.000 opgehaald worden in het nieuw geplande cultuurcluster, en €250.000 door de ondernemers in het centrum van de stad. In het oorspronkelijke plan wordt echter onrealistisch optimistisch beweerd dat het collegeplan jaarlijks maar liefst €2 miljoen aan extra omzet zou generen. Dat is honderd procent meer dan BSP nu berekent: een geprojecteerde jaarlijkse extra omzet van grofweg 20 procent van het in totaal te investeren bedrag. En dat in tijd van economische malaise, krimp en negatieve groei! Hoewel BSP concludeert dat het beoogde cultuurcluster naast het Broederenklooster zal leiden tot aanzienlijke extra bestedingen, is het enige dat dit soort onderzoekjes echt bewijst dat de onderzoekers tegen betaling bereid zijn te vertellen wat men wil horen.

Jarenlang heeft Zutphen zichzelf in de toeristische markt geplaatst als een pittoreske, historische stad met veel kleinschalig erfgoed en een rijk geschakeerd en divers palet van cultuuruitingen. Het clusteren van dit aanbod en het vertonen van de “praalstukken” onder één centraal dak zal het zorgvuldig door de jaren heen gecreëerde, aantrekkelijke toeristische imago van Zutphen drastisch schaden. De horeca-ondernemingen zitten nét zo verspreid door het centrum van de stad als de toeristische trekpleisters. Door veel van deze trekpleisters te concentreren op één enkele plek wordt de noodzaak voor de toeristen om de het hele centrum te verkennen verkleind, zo niet weggenomen. Iedere financiële raming die de potentiële negatieve impact van dit onvermijdbaar verschralingeffect niet mee neemt, is eigenlijk het papier niet waard waarop het is gedrukt.